Open Monumentendag 2024

Comité Bergen nh

 
 

Projectgroep OMD-Bergen

De open monumentendag wordt u aangeboden door de gemeente Bergen.  Een overzicht van monumenten die het bezoeken waard zijn vind u op deze website en lees verder...

De open monumentendag wordt u aangeboden door de gemeente Bergen.  Een overzicht van monumenten die het bezoeken waard zijn vind u op deze website en in de brohure. Per monument zijn de adresgegevens en de openingstijden vermeld. De activiteiten die tijdens of rondom de Open Monumentendagen in het 2e weekend van september worden georganiseerd vermelden we ook jaarlijks op een actuele kaart. Voor de exacte locatie en nog veel meer informatie over de deelnemende monumenten raadpleegt u de website van het monument zelf of de landelijke website: www.openmonumentendag.nl

Wij wensen u veel plezier bij het ontdekken en bezoeken van de prachtige monumentale parels in onze regio!

 

lees minder

Routes, Netwerken en Verbindingen

Monumenten zijn aansprekend, maar ze zeggen nooit uit zichzelf iets terug. Korenmolen ‘De Oude Knegt’ in Akersloot draait lustig rond, maar zijn bewogen geschiedenis klinkt lees verder...

Monumenten zijn aansprekend, maar ze zeggen nooit uit zichzelf iets terug. Korenmolen ‘De Oude Knegt’ in Akersloot draait lustig rond, maar zijn bewogen geschiedenis klinkt hooguit in het geluid van zijn wieken: Zwoesj-zwoesj! Een jacobakannetje uit de slotgracht van Egmond aan den Hoef laat nooit iets horen over opkomst, bloei en ondergang van een van de belangrijkste families uit de geschiedenis van Holland. Het blijft bijna letterlijk potdicht! De Sint Agathakerk in Beverwijk verheft zich met haar koepel ver boven de omringende bebouwing, en strooit de klanken van zijn carillon uit over de daken. Maar met welke bedoeling? Er zijn mensen nodig om die taal te kunnen verstaan. Ambachtslieden, archeologen, beiaardiers en alle andere betrokkenen die een samenspraak tot stand kunnen brengen tussen mensen en monumenten.

Internationaal wordt gewerkt met het begrip Immaterieel  erfgoed. Dat is alles wat niet tastbaar is, maar dat wel een cruciale rol speelt bij de instandhouding van monumenten. Het gaat dan om kennis van een traditioneel ambacht, om feesten of herdenkingen die soms al eeuwen bestaan, om rituelen die verbonden zijn aan een bijzondere plek, maar ook om nieuwe initiatieven die blijken aan te slaan omdat ze de identiteit van een (dorps)samenleving bevestigen.

Voor de Open Monumentendag 2023 is dit begrip als thema gekozen. Het wordt vertaald met een makkelijker term: ‘levend erfgoed’. Dit is een omschrijving van de dialoog die tussen mensen en monumenten zou moeten bestaan. Het zijn immers de beheerders van monumenten die het verhaal moeten vertellen, van het ontwerp voor tuinaanleg van de Assumburg bij Heemskerk tot het ideaal van het Vredeskerkje in Bergen aan Zee. Behalve de instandhouding van een dergelijk monument is ook de overdracht van vakkennis essentieel –  en het vooruitkijken naar de toekomst en een eventuele verandering van functie en gebruik. Dat laatste – herbestemming van monumenten –  speelt momenteel in het hele land waar het gaat om leegkomende kerkgebouwen. Behoud is uitstekend, maar hoe kan dat op langere termijn worden bereikt? Kunnen we een traditie in een andere vorm een nieuw en lang leven geven? Het complex van de Willibrordusstichting in Heiloo, met zijn monumentale Cultuurkoepel, is een voorbeeld van een goed doordachte herbestemming. Met folkloristische markten alleen komen we er immers niet meer. De meeste ‘volkskunst’ is in musea beland en tal van bijzondere feestdagen worden niet meer gevierd.

Feest- en gedenkdagen

De meeste feestdagen zijn van kerkelijke oorsprong. Zelfs de kermis was vroeger gekoppeld aan een religieuze plechtigheid: het woord is afgeleid van ‘kerk-mis’. Hier volgde de wereldlijke viering op de kerkelijke, terwijl bij Carnaval het omgekeerde gebeurt – eerst feesten, dan vasten. De Joodse en Islamitische kalender kennen soortgelijke gebruiken. Onze algemene jaarfeesten zijn ontleend aan de Christelijke kalender: Oud en Nieuw, Pasen, Pinksteren en Kerstmis, om de belangrijkste te noemen. Die zijn wel steeds meer verworden tot een korte vakantie of hebben een andere invulling gekregen. Dat gaat van de Nieuwjaarsduik tot en met de uitbundige Kerstman-met-rendier-versiering van huis en tuin. Ieder dorp heeft zijn Sinterklaasintocht, maar eigenlijk is die in Amsterdam het meest oorspronkelijk (sinds 1934). Sint Maarten (11 november) is een feest dat in Noord-Holland nog bijna overal wordt gevierd, maar het lopen met een Palmpaas is sterk afgenomen. En waar gaan de kinderen nog als de Driekoningen verkleed of met de rommelpot langs de huizen? Dat gebeurt nu op een heel andere manier, op alle vrijmarkten op Koningsdag.

Nog maar een eeuw geleden had ieder dorp zijn eigen feest, dat nog vaak wortelde in een middeleeuwse traditie. De lokale festiviteiten die we nu kennen zijn meestal van een recenter datum, maar ze vallen des te meer op. De drie Egmonden kennen de Visserijdag aan Zee en het Hoever Slotfestijn en ‘Egmond op z’n kop’ in de Binnen-Egmonden. Bovendien wordt in Egmond aan den Hoef nog altijd een kortebaan-draverij gehouden, een wedstrijd die een eeuw geleden nog overal in Noord-Holland voorkwam. Ook in Beverwijk en Heemskerk vinden deze authentieke paardenrennen nog ieder jaar plaats voor een talrijk publiek. Bakkum kent als variant in de paardensport het ringsteken. De Halve Marathon van Egmond is weer betrekkelijk nieuw, maar bij sportliefhebbers al snel een begrip geworden. Limmen en Heemskerk hebben hun Bloemendagen, Bergen zijn Verlichtingsavond en (alweer) de Egmonden hun uit Terschelling overgewaaide ‘Fjoertoer’. De Reddingbootdag is een landelijke manifestatie van de bijna twee eeuwen oude KNRM, maar trekt bij de stations Wijk aan Zee en Egmond aan Zee steeds veel belangstelling. Het Timmerdorp in Heiloo is al jarenlang een bijna letterlijk daverend succes voor jong en oud. De Meidenmarkt op het Klimduin in Schoorl op Tweede Pinksterdag heeft zich tegen alle verdrukking in kunnen handhaven. Het is de laatste van de ontmoetingsdagen voor het jonge volkje, die vanouds in veel dorpen en steden werden gehouden. Een aantal culturele evenementen heeft inmiddels ook een vaste plaats op de kalender veroverd. De omvangrijke Kunsttiendaagse van Bergen kent een kleinschaliger pendant in de SchoK (Schoorlse Kunsten). De Holland Music Sessions zijn een begrip en hebben zich vanuit Bergen over een flink deel van de provincie verspreid. Ook de al een halve eeuw bestaande Nationale Molendag op de tweede zaterdag in mei en (om niet te vergeten!) de Open Monumentendag worden in de regio met inzet en passie gevierd. Jonge loten aan deze tak zijn de Dag van het Kasteel op Tweede Pinksterdag en begin juni Bunkerdag, die zich voornamelijk afspeelt rond de overblijfselen van de Atlantikwall langs de Hollandse kust. In Wijk aan Zee, Egmond aan Zee en Bergen (en wellicht binnenkort ook in Castricum) hebben bunkers een museale invulling gekregen.

Naast feestdagen zijn er uiteraard ook gedenkdagen. Deze zijn soms nog sterk verweven met kerkelijke plechtigheden, zoals Adelbertusdag (25 juni) in Egmond-Binnen, OLV ten Hemelopneming of ‘Maria Hemelvaart’ (15 augustus) in OLV ter Nood onder Heiloo en de Stille Omgang (zondag vóór Pinksteren) in Bergen. In Uitgeest heeft Allerzielen (2 november) een bijzondere invulling gekregen dankzij het initiatief van de Rafaëlgroep binnen de parochie. Deze groep begeleidt uitvaarten, maar leidt ook algemene bijeenkomsten voor alle gezindten en is nauw verbonden met het enkele jaren geleden door vrijwilligers geheel gerestaureerde kerkhof aan het Binnenmeer.

Kennemerland is sinds Willibrord, Bonifatius en Adelbert een streek van wijdverbreide religiositeit. Ondanks de ontkerkelijking zijn er nog drie bewoonde kloosters te vinden, de Abdij van Egmond, het Liobaklooster aldaar en het al genoemde OLV ter Nood. In de Monumentengids worden de historische kerken en kerkhoven beschreven, die een bezoek alleszins waard zijn. Veel van deze plekken spelen nog steeds een rol in de herdenkingscultuur. Rond 4 en 5 mei zijn er in alle gemeenten plechtigheden ter ere van de burgers en militairen die zijn omgekomen tijdens de Tweede Wereldoorlog. Op de Algemene Begraafplaats van Bergen wordt gewerkt aan een initiatief om de gesneuvelde vliegers letterlijk hun gezicht terug te geven, door het opsporen van foto’s in samenwerking met de nabestaanden. Op veel plekken zijn de laatste jaren Stolpersteine geplaatst bij de huizen van de vermoorde Joodse inwoners. Bij de gedenksteen aan de Oorsprongweg in Schoorl worden ieder jaar in juni de slachtoffers herdacht die zijn opgesloten in Kamp Schoorl en vandaar naar de vernietigingskampen zijn gevoerd.

Aan eerdere oorlogen herinneren het Vissersmonument in Egmond aan Zee (Eerste Wereldoorlog), het Russenmonument in Bergen (Invasie van 1799) en de Ruïnekerk van Bergen (Begin van de 80-jarige Oorlog). Op de eerste twee plekken worden van tijd tot tijd herdenkingen gehouden, terwijl de verwoesting van de kerk van Bergen volgend jaar zal worden herdacht (1574-2024). Het in 1918, nog tijdens de ‘Grote Oorlog’ gebouwde Vredeskerkje in Bergen aan Zee zet zijn rol als plaats voor mensen van alle soorten, maten en gezindten nog altijd voort.

Ambacht en vakmanschap

De Unesco, de culturele tak van de Verenigde Naties, heeft als één van zijn doelstellingen om historische plaatsen, gebouwen, structuren en landschappen uit te roepen tot werelderfgoed. Daarmee wil men het belang benadrukken om deze veilig te stellen als bezit van en voor de gehele mensheid. Ook tradities, van feesten en gebruiken tot en met specifieke vormen van kunst en toegepaste kennis kunnen dit predicaat verdienen. Dat is dan precies de lading onder de vlag ‘immaterieel erfgoed’. In 2017 werd het in Nederland bloeiende molenaarsambacht als zodanig erkend. Dat was een kroon op het werk van deze tak van monumentenbescherming, die begon met de vereniging ‘De Hollandsche Molen’ in 1923 en een stevige impuls kreeg door de oprichting van het Gilde van Vrijwillige Molenaars in 1972. Niet alleen het vakmanschap van molenmaker, rietdekker of steenhouwer is daarbij van belang, maar ook dat van de man of vrouw die de zaak letterlijk draaiende houdt. De twee werkende korenmolens in deze regio (Akersloot en Schoorl) en de talloze poldermolens moeten het hebben van deze ‘vernuftelingen’. Het gaat bijna nergens meer om beroepskrachten, maar zij hebben wel de opleiding tot vrijwillige molenaar met een officiëel diploma afgerond. Ooit geweten dat de molenaar zelf in staat moet zijn om het scherpsel in de molenstenen uit te hakken of bij te werken (‘billen’)? En dat voor het malen van verschillende granen ook verschillende scherpsels nodig zijn? In de ‘Kijkduin’ wordt een film daarvan vertoond.

In Egmond aan den Hoef zal tijdens de Open Monumentendagen worden gedemonstreerd, hoe een gespecialiseerde aannemer (de fa Pronk uit Groet) een monument restaureert. Zo’n proces loopt van het toepassen van de juiste metselspecie en metselverbanden tot het disselen van eiken balken en het dakdekken met traditionele leien. Ook het vervaardigen van glas-in-lood is een vak apart; het atelier in ‘De Hutkoffer’ in Heiloo is ook buiten de OMD te bezoeken. Gebrandschilderde ramen vindt men in vele kerken – van de Slotkapel in Egmond aan den Hoef (midden 17de eeuw) tot het Vredeskerkje in Bergen aan Zee (1918). De meeste kerken zijn ook een orgel rijk, en sommige (zoals in Beverwijk en Bergen) bezitten een carillon. Niet alleen orgelbouwers en klokgieters zijn in de loop der eeuwen typisch Nederlandse vaklieden geworden, hetzelfde geldt voor de bespelers – de organisten en beiaardiers. De meeste instrumenten zijn afzonderlijk  beschermd als monument, en worden als vanouds ook ingezet voor openbare bespelingen. Let dus op de kleine concerten die op de Open Monumentendagen overal worden gegeven. Het wachten is nog op optredens van de plaatselijke muziekkorpsen in de helaas schaars geworden, maar wel karakteristieke muziektenten op verschillende dorpspleinen.

Scheepvaart en visserij hebben in Kennemerland altijd een grote rol gespeeld. Over de traditionele scheepsbouw is een unieke 17de-eeuwse bron bewaard gebleven, een tekening van een Egmondse ‘pinck’. Op basis hiervan is een replica van dit ‘visserspinkje’ gebouwd, die helaas niet op OMD is te zien, maar een groot deel van het jaar wel in het Maritiem Centrum bij de hoofdstrandafgang kan worden bekeken. Er wordt al lang niet meer vanaf het strand op zee gevist, maar de binnenvisserij bestaat nog wel. De firma Van Dil in Akersloot bestaat al sinds 1884 en is gespecialiseerd in het vissen op en het roken van paling. Tijdens de Egmondse Visserijdag in juni kan men zien hoe men vroeger netten en fuiken breide. Waar de visserij nog altijd beroepsmatig wordt beoefend, heeft de jacht in al zijn vormen afgedaan. Aan de vogelarij herinnert nog op verschillende plaatsen de straatnaam Vinkenbaan, en de Eendenkooi van Van den Eng vlakbij Uitgeest wordt in stand gehouden als natuur- en cultuurelement. De imkerij is nog wel een levend ambacht, zoals dit jaar onder anderen in Castricum wordt getoond.

Een andere voedselbron vindt men nog altijd in enkele bijzondere tuinen. Naast siertuinen – van het Huis Akerendam tot het Oude Hof – zijn er ook nog een paar moestuinen, waar traditionele gewassen worden gekweekt. In de kasteeltuin van de Assumburg is sinds 2011 een groente- en kruidentuin ingericht, waarin men bijzondere soorten kan aantreffen. Iedereen kent andijvie en rabarber, maar wat te zeggen van rammenas, platte bieten of ‘keukenmeisjesverdriet’? Naast deze intrigerende moestuin vindt men er ook een rosarium en een rijk voorziene boomgaard. In een andere tuin, die van de Abdij van Egmond, is een reeks oudhollandse appelrassen aangeplant, die zorgvuldig wordt beheerd en gekoesterd door pomologen – een tak van wetenschap en vakkennis die evenveel inzet van de beheerders vergt als de stenen billende molenaar.

Verhalen vertellen

‘Levend erfgoed’ is dus gebaat bij overdracht van vakmanschap en voortzetting van tradities – vaak in een andere vorm, die meebuigt met de tijd. Het gaat ook om het verankeren van bijzondere, vaak persoonlijke verhalen in het collectieve geheugen. Monumenten in alle soorten en maten spelen daarin een cruciale rol, maar kunnen dat alleen dankzij de beheerders, vertellers en andere deskundigen. Die houden de geschiedenis levend. Daarvoor zijn ook andere middelen die niet worden gerekend tot het ‘immaterieel erfgoed’, maar er wel mee verwant zijn. De Stelling van Amsterdam, waarvan verschillende forten in deze regio liggen, is daarvan een goed voorbeeld. Ook deze ring van fortificaties is inmiddels werelderfgoed, maar het verhaal erbij moet op een andere manier worden verteld. Er verblijven immers geen militairen meer. Hetzelfde geldt voor het bijna prehistorische Oer-IJ, waarvan de sporen nog in het landschap zichtbaar zijn, en voor de middeleeuwse dijkjes. Om die te zien en te begrijpen hebben ze de uitleg nodig van een deskundige gids. Soms neemt  men zijn toevlucht tot re-enactment, het zo getrouw mogelijk naspelen van historische gebeurtenissen. En soms is het gewoon de verbeelding van de bezoeker, waarop een beroep wordt gedaan. Schoorl heeft Teun de Jager in zijn hart gesloten, ook al is dat een held die aan het brein van de schrijver Hildebrand is ontsproten. Het werkhuisje van Betje Wolff in Beverwijk gaat weliswaar terug op een literaire heldin die echt heeft bestaan, maar is niet meer het oorspronkelijke kluisje op de oorspronkelijke plaats. Hilde, de heldin van het archeologisch ‘huis’ in Castricum is een aansprekende reconstructie, maar ze blijft  een vrouw met een bedacht leven. En wat te denken van het Huldtoneel in Heemskerk, waar de bewoners van Kennemerland destijds voor belangrijke zaken bijeenkwamen? Welke nieuwe tradities zouden hieraan verbonden kunnen worden, die lang genoeg worden volgehouden om in 2045 te worden uitgeroepen tot een nieuwe vorm van ‘levend erfgoed’?

Al met al kunnen we in de zes gemeenten – van Scheybeek tot Camperduin – zien, horen en beleven dat het verleden tot ons spreekt. En constateren dat er tal van nieuwe ontwikkelingen zijn die ook in de toekomst kunnen uitgroeien tot historische proporties. Ze versterken het gevoel van verbinding met elkaar en met de dagelijkse omgeving en bevorderen zo de sociale cohesie in een versnipperende samenleving. Het erfgoed leeft voor alle mensen die in onze regio wonen en voor hen die er op bezoek komen – omdat het zo bijzonder is!

 

 

 

lees minder
Comité Bergen nh op de kaart
Uitgelicht
Dit zeggen onze bezoekers:
wij horen graag wat uw ervaringen zijn!
Wie is Comité Bergen nh?

Ela Hulshoff

Erik luik

FD Zeiler

Bob Kos

Rob Leyen

Fred Prins

Niek Weel

Monique van Zelst

Deelnemende plaatsen

Groet, Schoorl, Bergen nh, Bergen aan Zee,Egmond aan de Hoef, Egmond aan Zee, Egmond Binnen

Regionale samenwerking met gemeente Bergen nh, Heiloo, Castricum, Uitgeest, Heemskerk, Beverwijk.